Komend weekend ga ik verhuizen, op naar mijn derde afdeling binnen het UCP. Op 17 februari kwam ik binnen op Acute opname 2. Een gesloten afdeling waar, zoals de naam het al zegt, mensen komen waarbij een opname acuut nodig is. Hier komen mensen terecht met verschillende psychiatrische aandoeningen.
Ik zie mezelf nog zo binnenkomen. Met m’n ziel onder de arm, overweldigend, angstig voor wat gaat komen en ook een heel bizar idee dat de deur achter je dichtgaat. Niet de deur van mijn kamer, maar de deur van de afdeling. De eerste dagen mocht ik alleen met begeleiding naar buiten, maar al vrij snel kreeg ik mijn eigen vrijheden en kon ik alleen naar buiten. Als ik het zo opschrijf klinkt het best raar dat ik eerst vrijheden moest krijgen voor ik alleen naar buiten mocht. Ik zat er immers vrijwillig, maar natuurlijk ook niet voor niks acuut.
Na drie weken was er plek voor mij op de afdeling depressie gesloten. Weer een gesloten afdeling waarbij de deur van de afdeling alleen met een sleutel op kan. Ondanks mijn eigen werkervaring in de psychiatrie was mijn beeld van een gesloten afdeling toch wat anders. Ik nam de vrijheden van de vorige afdeling mee en mocht wanneer ik dat wou alleen naar buiten. Alleen moest ik daarvoor altijd de verpleging vragen, was er altijd eerst contact en wisten ze met welke stemming ik naar buiten ging.
Dit weekend ga ik naar de open afdeling depressie. Geen dichte deur meer, in en uitlopen wanneer ik dat wil. En toch maakte ik vier weken geleden die keuze nog niet om naar de open afdeling te gaan. De vrijheid om niet meer hoeven te vragen of ik naar buiten mocht woog voor mij niet op tegen het opnieuw leren kennen van een nieuwe team verpleegkundigen, nieuwe groepsgenoten en een nieuw programma.
Tijdens de behandelplanbespreking vorige week kwamen we tot de conclusie dat naar huis gaan nog geen optie is. Het gebrek aan energie (lees: al moe zijn voordat ik ’s ochtends überhaupt m’n ogen geopend heb) maakt het lastiger om te vechten tegen de depressie. Als de vermoeidheid zo extreem is dat zelfs een domme serie kijken al niet meer lukt, heeft de depressie in mijn hoofd vrij spel. Op de afdeling word ik hier keer op keer weer uitgetrokken… en door het programma en door de verpleging. Dus hoe graag ik ook wil, de keus om naar huis te gaan was nog niet verstandig.
Dan had ik nog de optie van de open afdeling…. Weegt nu het leren kennen van een nieuw team, nieuw programma en nieuwe groepsgenoten wel op tegen het vragen of de deur open mag… Ja…
Ik vind het lastig te zeggen wat nu het verschil is ten opzichte van vier weken geleden. Mijn stemming wisselt, vliegt alle kanten op… maar dat is beter dan alleen maar slecht.
Tijdens de behandelplanbespreking maakte ik de vergelijking met Bambi op het ijs. Soms heb ik heel even dat gevoel dat ik sta, ikzelf weer de regie terug wil en zelf wil gaan bepalen wat goed voor mij is in plaats van alles maar laten gebeuren… En dan is er een klein zuchtje wind en lig ik weer met alle pootjes een andere kant op. Het frustreert, maar zoals de psycholoog heel mooi zei, ik sta. Maar even, ik val weer, maar ik ga weer staan.
En dus is de stap naar de open afdeling depressie logisch. Hopelijk gaat het voor een korte periode zijn en mag ik snel verhuizen naar het hoofdgebouw van het UMCG, maar voor nu gaat deze verhuizing een stap vooruit zijn. En hoe moeilijk ik het misschien vind om weer nieuwe mensen te moeten gaan toelaten, het is een stap. Het is positief, ik ga vooruit!
1 reactie op “-32- Een verhuizing voor de deur!”
❤️