-41- Home sweet home

En daar zit ik, precies een week nadat ik op de uitslaapkamer wakker werd uit de narcose, thuis, op mijn eigen bank. Van tevoren nooit kunnen bedenken dat ik me fysiek na een week al zoveel beter zou voelen.

Thuis… een plek die de laatste vijf maanden niet altijd thuis heeft gevoeld. Waarbij ik me vaak te gast heb gevoeld in mijn eigen huis, maar ook de plek waarvan ik nog nooit een seconde spijt of twijfels heb gehad dat we het gekocht hebben. Nu ben ik thuis, en ik blijf thuis. Eerst lichamelijk herstellen van de transplantatie en dan stap voor stap verder aan de slag met de rest…

De eerste avond thuis is onwennig. In het ziekenhuis is me meerdere keren op het hart gedrukt hoe belangrijk goede hygiëne is, en nadat de verpleegkundig specialist hoorde dat we twee honden en twee katten hadden werd er even geslikt, en gezegd dat ik elke keer nadat ik een hond of een kat geaaid had mijn handen moest gaan wassen. Voor de mensen die honden en/of katten hebben… dat is een flinke opgave. Ik zat deze avond dan ook vooral heel ongemakkelijk en spastisch te doen. Want ja, de katten slapen op de bank en ik raak met mijn handen ook de bank aan… dus indirect de katten… Sinds Corona zijn intreden heeft gedaan is zijn de flesjes alcohol desinfectiegel niet meer weg te denken, dus daar maar een van naast de bank gezet.

Vertrouwen… het vertrouwen in mijn lijf is al lang geleden vertrokken en ondanks dat de bloedwaarden gelijk na de transplantatie goed gestart zijn, is dat vertrouwen nog niet weer terug. Het word je gezegd en je weet dat je een extreem lage weerstand hebt, maar je voelt er niks van. Word ik al ziek als ik de kat aai en daarna per ongeluk aan mijn gezicht zit voordat ik m’n handen heb gewassen? Geen idee… voorzichtig doen en vertrouwen krijgen dat ik mag gaan leven. De eerste avond maakten we gekscherend de opmerking dat we een geïsoleerde doos zouden maken waar ik dan wel ik kon gaan zitten. Ziek kan ik dan niet worden… althans lichamelijk. Leven is het ook niet… en dat is wat ik juist wil en moet gaan doen met die nieuwe nier!

De eerste periode na de transplantatie moet ik wekelijks naar het ziekenhuis voor controles. Als de waardes goed blijven, gaat dit langzaamaan afgebouwd worden. De eerste keer was al de vrijdag na thuiskomst. En hoewel het maar om vier dagen ging, vond ik het prettig dat de boel weer even gecontroleerd werd en ik mijn vragen kon stellen. De waardes waren goed en ook de wond geneest mooi. De dikke harde bulten die mij wat zorgen baarden is littekenweefsel en de gevoelige bult die ik vanaf buiten voel, dat is de nier… en dat is best een gek idee dat ik die dus gewoon van buitenaf kan voelen.

In de zon zitten mag niet meer met de medicatie die ik krijg, maar gelukkig fijne plekjes thuis in de schaduw!

De tweede week thuis voel ik me lichamelijk wat slechten. De pijn wordt minder en ook het bewegen gaat nog steeds elke dag makkelijker, maar met lopen blijft het voelen alsof iemand een blauwe plek aan het masseren is. Ook heb ik weer veel last van hartkloppingen, iets wat ik eigenlijk nooit eerder gehad heb. Ook als ik een poos rustig lig of zit, gaat m’n hart tekeer alsof ik een marathon aan het lopen ben. Ook mijn bloeddruk stijgt steeds verder.

Tijdens de controle op vrijdag krijg ik daarvoor extra medicijnen. Het is me duidelijk dat het allemaal nog een beetje een zoektocht is wat mijn lijf doet en wat mijn lijf nodig heeft. S’ middags belt de arts dat de tacrolimisspiegel (de bloedspiegel van de afweeronderdrukkende medicatie) te hoog is. Dat terwijl deze vorige week te laag was en de medicatie daarvan omhoog moest. Nu is hij te hoog en moet de medicatie weer omlaag. De arts gaf aan dat de hartkloppingen ook daar vandaag konden komen… Stiekem al wel benieuwd wat hij de komende week gaat doen! Stabiel zou fijn zijn!

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *